Paul Verheijen

JHERONYMUS BOSCH

Heremietentriptiek

Geliefde patroonheilige

Dit drieluik toont drie heiligen als heremieten: de heiligen Hiëronymus op het middenpaneel, Antonius Abt op het linkerpaneel en Aegidius van Nîmes op het rechterpaneel.
De schilderingen aan de achterzijde van de zijpanelen zijn verloren gegaan, toen de achterkant van het drieluik werd bijgeschaafd en versterkt met een houten frame om kromtrekking te voorkomen.
De panelen hadden oorspronkelijk een gewelfde bovenkant.

Jheronimus Bosch portretteerde zijn patroonheilige verschillende keren als boeteling in de woestijn.
Van de attributen die gewoonlijk met Hiëronymus worden afgebeeld schildert hij de steen waarmee de heilige zich kastijde, de kardinaalshoed en -soutane, de crucifix en een boek.
De leeuw is minder prominent aanwezig en heeft geen natuurgetrouwe poten.
Hij is eerder te herkennen aan zijn staart.
Op het middenpaneel van dit Heremietentriptiek zien we bovendien de heidense zuil.

Zijn de drie monochrome reliëfs op het muurtje, de restanten van een troon?
Verduidelijken die reliëfs in combinatie met de gebaren van Hiëronymus zijn tweestrijd, zijn worsteling met zijn kuisheid?
De handen van de heilige wijzen gekruist naar deze reliëfs.

Naar Christus aan het kruis strekt Hiëronymus zijn hand uiteindelijk uit.
De heilige Hiëronymus kiest uiteindelijk voor geloof en verlossing.

De mythische eenhoorn

Naast fenix, griffioen en draak is de eenhoorn een fabeldier.
In de middeleeuwen bestonden er geen dierentuinen of films en een olifant was voor een middeleeuwer even magisch als een eenhoorn.
Veel mensen dachten dat eenhoorns bestonden, dankzij verhalen, afbeeldingen en hoorns.
De hoorns waren meestal van de narwal, maar werden verkocht als eenhoornhoorn.
Middeleeuwers dachten dat de hoorn het vermogen had om gif te detecteren en fungeerde als afrodisiacum of als bleekmiddel voor tanden wanneer hij tot poeder werd vermalen.

Plinius de Oudere schreef in de eerste eeuw dat het moeilijk was een eenhoorn te vangen.
Alleen een maagd kon dat, door haar puurheid.
In haar schoot zou het dier rusten.

In het christendom werd Maria de maagd die zich ontfermt over haar zoon Jezus (de eenhoorn).
De hoorn symboliseeerde de eenheid tussen God en Christus.
De eenhoorn is ook een allegorie voor de dood van Christus.
Net als bij de kruisiging van Christus wordt de eenhoorn gevangen en gedood en het bloed uit zijn wonden doet denken aan het offer van Christus.
Zo werd de eenhoorn op fabelachtige wijze verchristelijkt.

Of moeten we denken aan een bijbelse psalm?
Verlos mij uit de muil van de leeuw; en verhoor mij van de hoornen der eenhoornen
(Psalm 22,22 in de Statenvertaling van 1619 waarbij 'verhoren' staat voor 'luisteren naar';
andere vertalingen hebben 'verlossen' of 'ontrukken')
In de tijd van Bosch leefde de overtuiging dat de hoorn van de eenhoorn religieuze werking had.

Het reliëf links op de troon waarvoor Hiëronymus zich bevindt, toont een man die op het punt staat een nauwelijks in te tomen eenhoorn te bestijgen.
Waarnaar verwijst de eenhoorn op Bosch' schilderij?
Is het de innerlijke strijd van Hiëronymus zijn onkuise gedachten te bedwingen?
Allesbehalve eenduidig is de eenhoorn zeker niet.
Hij symboliseerde van alles en kon totaal tegenovergestelde betekenissen krijgen.

Judit onthooft Holofernes

Op de buitenzijde van de troon is een episode uit het deuterocanonieke bijbelboek Judit aangebracht.
Op een veldbed in een tent ligt de door Judit onthoofde veldheer Holofernes, met op de grond een slapende wachter.
Judit loopt naar buiten met het afgehouwen hoofd.
Een dienares staat klaar met een mand om de kop over te nemen.

Staat de maagdelijkheid van Judit hier symbool voor de kuisheid die Hiëronymus probeert te behouden?

Man in korf

Aan de voet van de troon is een derde moeilijk te duiden scène te zien.
Een man zit tot zijn middel in een korf.
Uit zijn kont steekt een stok met daarop een uiltje dat door andere vogels wordt belaagd.
De uil is een nachtdier dat zich afwendt van het daglicht.
Symboliseert hij hier de zondaar Hiëronymus die moeite heeft zijn kuisheid (licht) te bewaren?

Nota bene: dit is vermoedelijk de allerkleinste uil in het oeuvre van Bosch.
Hij schilderde dit dier opvallend vaak.

Vergelijking

Bosch schilderde zijn patroonheilige Hiëronymus vaker.
Zie: Hiëronymus in gebed en het rechterluik van zijn Jobtriptiek.
Jheronimus Bosch (circa 1450-1516)
Heremietentriptiek (circa 1504)
Olieverf op eiken, 85 x 60 cm
Venetië - Gallerie dell'Accademia
2016 Paul Verheijen / Nijmegen