Paul Verheijen

LEONARDO DA VINCI & ANDREA DEL VERROCCHIO

Doop van Christus

Leraar en leerling

Volgens Vasari in zijn Vite was Andrea del Verrocchio goudsmid, beeldhouwer, houtsnijder en musicus die zich - nadat hij zich als beeldhouwer niet meer kon verbeteren - op de schilderkunst richtte.
Voor de Vallombrosianen (een orde vallend onder de regel van Benedictus) schilderde hij deze Doop van Christus in San Michele a San Salvi, waarvoor Leonardo da Vinci de linkerengel schilderde.
Zoals gezegd kreeg Leonardo dus [...] een plaats in het atelier van Andrea del Verrocchio, die bezig was aan een paneel waarop de doop van Christus door Johannes, en Leonardo schilderde hiervoor een engel die enige klederen ophield; en zo jong als hij was, hij voerde de engel zo goed uit dat deze veel beter bleek te zijn dan de figuren van Andrea: dit was waarom Andrea nooit meer verf wenste aan te raken, zo verbolgen was hij dat een knaap er meer van kon dan hij.
Da Vinci kwam in 1469 in het atelier van Verrocchio.
Kenners gaan ervan uit dat zijn bijdrage ook het gedeelte van het landschap op de achtergrond achter de engelen betreft.
Ook andere leerlingen van Verrocchio hebben volgens hen bijdrages geleverd, zoals de verschillende stijlen van de palmboom, van Christus, van Johannes de Doper en van de overige delen van de achtergrond aantonen.
Soms wordt Sandro Botticelli genoemd als schilder van de rechter engel.

Ceremoniële plechtigheid

De goddelijkheid van Christus blijkt duidelijk uit de lichtstralen en de witte duif, die vanuit de handen van God afdalen op zijn hoofd.
Johannes de Doper met de kruisstaf en kameelharen hemd giet uit een kom water over het hoofd van Christus.
Hij doopt hem daarmee niet met een onderdompeling, maar op een bij latere doopplechtigheden in gebruik geraakte manier.

De 'Da Vinci-engel' knielt op de oever klaar met enige klederen (Vasari).
Eerder moeten we echter denken aan een doek om Christus af te drogen.
Dit aan het bijbelverhaal toegevoegde iconografische motief kwam in zwang sinds de vierde eeuw.
De doek kan ook een uitsluitend symbolische functie vervullen: hij bedekt de handen, waarmee eerbied wordt gesymboliseerd.
De engel heeft daarmee het aanzien van een diaken, die bij latere doopplechtigheden assisteert.
De handen verhullende doek gaat op zijn beurt weer terug tot ceremoniële plechtigheden in de antieke tijd.
Leonardo da Vinci (1452-1519) & Andrea del Verrocchio (1435-1488)
Battesimo di Cristo (1473-78)
Tempera en olieverf op paneel, 180 x 152 cm
Florence - Uffizi
2016 Paul Verheijen / Nijmegen