Paul Verheijen

DUCCIO DI BUONINSEGNA

Maestà

Voorzijde

Achterzijde

Feestelijke onthulling

De Maestà is een begrip in de iconografie binnen de Italiaanse kunstgeschiedenis die staat voor een weergave van de heilige Maagd Maria in majesteit.
Zo'n beeltenis bevat in ieder geval een getroonde Maria met het Christuskind op schoot, vaak omgeven door engelen en heiligen.
De voorstelling ontstond in de 13de eeuw uit de groeiende verering van Maria als de moeder van Christus.
Vooral in Italië werden veel van deze maestà's vervaardigd.
Hoogstwaarschijnlijk de bekendste Maestà is die van Duccio, in opdracht gemaakt voor het hoofdaltaar van de Dom van Siena.
Dit uitzonderlijk grote altaarstuk was volgens hypothetische reconstructies ongeveer vijf meter hoog.
Duccio werkte er drie jaar aan.
Het werd op 9 juni 1311 opgeleverd en de voltooiing ervan werd gevierd als een belangrijke gebeurtenis in de stad.
Volgens een eigentijdse kroniekschrijver vergezelden vieringen en een processie van civiele en religieuze hoogwaardigheidsbekleders de Maestà vanuit de werkplaats van Duccio naar de kathedraal.

De Maestà is een vroeg bewijs van de ontwikkeling van veertiende-eeuwse kunst naar een meer naturalistische benadering, met meer aandacht voor het verhaal en de behandeling van de ruimte.
Tijdens de 14e en 15e eeuw onderging de Italiaanse schilderkunst een geleidelijke transformatie die afstand nam van Byzantijnse formules met als doel andere figuratieve mogelijkheden te onderzoeken die hun hoogtepunt van ontwikkeling in de vroege 16e eeuw zouden bereiken.

Reconstructie

Het schilderij bleef op zijn oorspronkelijke locatie van 1311 tot 1506, waarna het van het hoofdaltaar werd verplaatst naar het transept.
In 1771 werden voor- en achterzijde van elkaar gescheiden en geplaatst in twee verschillende kapellen.
Het gehele houten framewerk inclusief de pinakels is verloren gegaan.

De beide afbeeldingen op deze pagina zijn een theoretische maar onzekere reconstructie van de voor- en achterzijde.
De panelen in de lege vlakken zijn verloren gegaan.
De meeste panelen bevinden zich in het Dommuseum in Siena, enkele paneeltjes van de voor- en achterzijde van de predella hebben in vijf andere musea een plekje gevonden.
Op de beide pagina's van de voor- en achterzijde is dit bij de betreffende paneeltjes aangegeven.
Duccio di Buoninsegna (circa 1255-1318/19)
Maestà (1310-11)
Tempera en goud op diverse panelen
Siena - Museo dell' Opera dell Duomo (op enkele panelen na)
2016 Paul Verheijen / Nijmegen