Paul Verheijen

ALBRECHT DÜRER

Catharina triptiek


Vrouwelijke heiligen

Op de zij- en buitenluiken van dit drieluik van Albrecht Dürer wordt Catharina van Alexandrië geflankeerd door tien vrouwelijke heiligen.
Op het linkerpaneel zijn dat Dorothea van Caesarea die een bloem uit korfje krijgt overhandigd, Agnes van Rome met het lam en Cunegundes van Luxemburg met de ploegschaar.
Het rechterpaneel toont Barbara van Nicomedië met kelk en hostie, Ursula van Keulen met de pijl en Margaretha van Antiochië met de draak aan haar voeten.

In gesloten toestand waren nog vier andere vrouwen te zien.
Deze panelen zijn gescheiden van het originele triptiek.
Onduidelijk is welk paneel zich links of rechts heeft bevonden.
Op de afbeelding hierboven zien we van links naar rechts Christina van Bolsena staande op de molensteen & Odilia van Odilienberg met het boek en daarop twee ogen, Genoveva van Parijs met de brandende kaars & Apollonia van Alexandrië met de nijptang.

Middenpaneel

Cranach toont Catharina van Alexandrië knielend met haar handen in gebedshouding.
Ze draagt het weelderige gewaad van een Saksische hofdame.
Ze wacht op de laatste klap van de beul achter haar die op het punt staat zijn zwaard uit zijn schede te halen.
Donkere wolken - van waaruit vuur lijkt te regenen - hebben zich verzameld in de lucht boven het uitgestrekte landschap.
De regen zorgt ervoor dat de heidenen op de grond vallen in een wilde verwarring van hoofden, rompen en armen en verbrijzelt het wiel aan de rechterkant van het schilderij.
De centrale groep blijft ijzig kalm ondanks het moment supreme van de onthoofding.
Cranach onderstreept dit door de scène in te bedden in die van de verwarde lichamen.
Catharina kijkt stoïcijns naar rechts, terwijl aan de linkerkant van het schilderij een jonge lansdrager en twee mannen te paard getuige zijn van de scène.
Achter hen verrijst een heuvel met een fort op de top met daaronder een nederzetting aan de oevers van een rivier.
Albrecht Dürer (1471-1528)
Katharinenaltar (1506)
Olieverf op panelen, 127 x 140 cm (middenpaneel); 67 x 126 cm (luiken)
Dresden - Gemäldegalerie (binnenpanelen)
Londen - National Gallery (buitenpanelen)
2016 Paul Verheijen / Nijmegen