Afgelegde sieraden en ampul
Bellori schreef in zijn Vite over dit werk van Caravaggio:
Hij schilderde een meisje zittend op een stoel met haar handen in haar schoot terwijl ze bezig was haar haar te kammen.
Hij portretteerde haar in een kamer, en door een ampul met olie op de vloer te zetten, met kettingen en edelstenen, liet hij haar Magdalena voorstellen.
Ze houdt haar gezicht een beetje opzij, en haar wang, nek en borst zijn doordrenkt met een tint die puur, eenvoudig en waar is, geëvenaard door de eenvoud van de hele figuur, met de armen in een blouse en haar gele japon opgetrokken tot haar knieën over een witte onderrok van gebloemd damast.
We hebben deze figuur in detail beschreven om zijn naturalistische manier van doen aan te geven en zijn gebruik van imitatie in enkele tinten om waarheid in kleur te bereiken.
De jonge vrouw heeft geen aureool. Op het eerste gezicht lijkt dit schilderij een 'gewoon' genrestuk. Maar details maken duidelijk dat het om Maria Magdalena gaat. Ze zit op een ongebruikelijk lage stoel in een nauwelijks te herkennen ruimte. Haar lange haren hangen los. Ze draagt nog haar luxe kleding en heeft alleen haar juwelen afgedaan en op de grond gelegd, teken van haar misprijzen van haar vroegere rijkdom. Ze is volledig in zichzelf verzonken. De zelf-vernedering van de berouwvolle zondares wordt niet alleen onderstreept door de lage stoel, maar ook door het verhoogde gezichtspunt van waaruit wij op de compositie kijken.
De zalfpot werd het belangrijkste attribuut van Maria Magdalena in haar iconografie. Caravaggio kiest voor een glazen ampul met olie.
Caravaggio toont ons niet de mooie zondares met gevoel voor luxe of de berouwvolle Magdalena zoals gebruikelijk in de renaissance, maar het moment van bekering. Nieuw en verontrustend was de portretachtige afbeelding van de heilige in eigentijdse kleding, bedoeld om bij de kijkers empathie en identificatie met Magdalena op te roepen.
|