Paul Verheijen

EDWARD DE BELIJDER

Tapijt Bayeux


Koning Edward III

Edward de Belijder, koning van Engeland werd geboren omstreeks 1003 en vanwege het gevaar van de opdringende Denen vanaf 1013 in Normandië opgevoed en in 1042 koning.
Zijn faam dankt Edward, niet opgewassen als hij was tegen de voortdurende twisten tussen de Angelsaksen en de Noormannen, minder aan zijn daadkracht als bestuurder dan aan zijn goede bedoelingen en bijzondere gaven, zoals zijn helderziendheid en zijn vermogen om scrofulose (ziekte van klieren in de hals; King's Evil) te genezen.
Hij was het die, graag bezig met kerkelijke zaken, de herbouw van de door de Denen verwoeste Westminster Abbey begon.
Edward stierf op 5 januari 1066 en werd spoedig geïdealiseerd omdat zijn 'noblesse' afstak tegen de ruwe en vooral minder gewetensvolle Noormannen-vorsten.
Van 'de vader van wezen en armen' gaat het verhaal dat hij bij de wijding van een kerk te Havering (Essex) zijn ring aan een bedelaar schonk.
Jaren later ontmoetten Engelse pelgrims in Palestina dezelfde bedelaar, die vertelde dat hij de evangelist Johannes was en hun vroeg de ring aan Edward terug te geven en hem te melden dat hij binnen het jaar zou sterven en Johannes in de hemel zou ontmoeten op 5 januari 1066.
Het kinderloze huwelijk met Eadgith (Edith) droeg bij tot zijn faam geheel in kuisheid met haar te leven.
Hij werd in 1166 door paus Alexander III, die hem de erenaam 'Confessor', de belijder schonk, gecanoniseerd.
Met die bijnaam onderscheidt men hem van zijn grootvader / oom?, koning Edward II 'Martyr', de martelaar.
Op afbeeldingen is zijn gewaad dat van een koning en zijn attribuut werd de legendarische ring.

Het Roomse Martelaarsboek herdenkt Edward op twee dagen.
5 januari:
In Engeland de geboorte van de heilige belijder Eduardus, koning van Engeland. Hij was beroemd om de deugd van zuiverheid en de gave van wonderen. Volgens besluit van paus Innocentius XI * wordt zijn feest vooral gevierd op de dertiende oktober, op welke dag zijn heilig lichaam is overgevoerd.
En op 13 oktober bijgevolg:
De heilige belijder Eduardus, koning van Engeland. Ofschoon hij de vijfde januari stierf, vereert men hem toch vooral op deze dag, wegens het overbrengen van zijn lichaam.

* Paus van 1676-89; zaligverklaard in 1956 met feestdag 12 augustus

Het tapijt

Het tapijt van Bayeux is feitelijk geen tapijt maar een borduurwerk dat de geschiedenis uitbeeldt van de Slag bij Hastings in 1066.
Hierbij viel Willem de Veroveraar vanuit Normandië Engeland binnen en versloeg hij het Engelse leger onder aanvoering van Harold Godwinson.
Het kleed laat zich lezen als een soort stripverhaal avant la lettre: in een groot aantal scènes worden de voorgeschiedenis, inscheping, landing, en de slag bij Hastings zelf behandeld.
Er staat ook een beknopte Latijnse uitleg bij.

Op dit tapijt is Edward enkele malen afgebeeld.
De eerste afbeelding heeft de inscriptie EDWARD REX, koning Edward, en toont hem gezeten op zijn troon, terwijl hij zich ernstig richt tot Harold (waarschijnlijk de langste van de twee mannen).
Onduidelijk is wat Harold hier bij de koning doet.
Toen Edward op 5 januari 1066 stierf, beweerde Harold dat Edward hem op zijn sterfbed als opvolger had aangewezen.
Stelt Edward hem hier aan als zijn opvolger?

Verder op het tapijt verschijnt hij met de tekst
ET VENIT AD EDWARDUM REGEM.
HIC PORTATUR CORPUS EADWARDI REGIS AD ECCLESIAM S[ancti] PETRI AP[osto]LI.
HIC EADWARDUS REX IN LECTO ALLOQUIT[ur] FIDELES.
ET HIC DEFUNCTUS EST
.
'En hij (=Harold) komt naar koning Edward (1).
Hier wordt het lichaam van koning Edward gebracht naar de kerk van Sint Petrus de apostel (4).
Hier richt koning Edward zich in bed tot zijn getrouwen (2).
En hier is hij overleden (3).'
De volgorde van de scènes is hier duidelijk gewijzigd.
Scène 2 speelt zich af in een bovenkamer met mogelijk een aartsbisschop aan het voeteneind van Edwards bed en Harold aan het hoofdeinde.
Koningin Edith huilt aan zijn voeten.
In de ruimte daaronder in scène 3 wordt het lichaam van Edward klaargemaakt voor de begrafenis die in scène 4 plaatsvindt.
Op een open lijkbaar wordt Edwards lichaam geëscorteerd door een prelaat met een kromstaf en door priesters met boeken, terwijl ernaast bellen worden gerinkeld.
Op grote schaal zien we op het tapijt de eerste Westminster Abbey, waarvan een deel van de fundamenten vandaag de dag nog kan worden getraceerd.
Dat de Abbey nog gloednieuw is wordt aangegeven door de man die naar boven klimt om de weerhaan op zijn plek te zetten.
Het sacrale van de kerk wordt gesymboliseerd door de hand van God vanuit de hemel.

Opgravingen

Door de eeuwen heen werd het lichaam van Edward een aantal keren opgegraven.
  • 1098 of 1102
    Hendrik I laat de kist openen om te zien of het lichaam 'onkreukbaar' is.
    Men zegt dat het lichaam zonder enig bederf was, zoet geurde, met nog roze wangen, zachte huid en dat de gewrichten konden worden bewogen.
  • 13 oktober 1163
    Thomas Becket laat Edwards lichaam in opdracht van Hendrik II overbrengen in een nieuwe schrijn, waarbij Edwards gewaden werden uitgetrokken en zijn ring verwijderd.
  • 1269
    Hendrik III verplaatst de kist naar de nieuwe Westminster Abbey.
  • Reformatie
    Hendrik VIII rooft de juwelen van de schrijn - de inhoud van het graf werd niet verstoord - die later door koningin Mary zijn teruggegeven.
  • 1685
    Na de kroning van Jacobus II, toen twee werklieden de steigers verwijderen, viel een plank naar beneden die de kist openbrak.
    Een kruisbeeld en een gouden ketting onder de schouder van Edward werden verwijderd en op 6 juni aan Jacobus II gegeven.
Het graf is sindsdien niet meer geopend.
Slag bij Hastings (1068?)
Borduurwerk, 7000 x 50 cm
Bayeux - Musée La Tapisserie
2016 Paul Verheijen / Nijmegen