De levensbeschrijving van Hendrick Goltzius in het Schilderboek van Karel van Mander uit 1604 is een van de langste en nauwkeurigste, mede omdat zij goed bevriend waren.
Desondanks vermeldt hij weinig schilderijen van hem, omdat Goltzius de meeste werken maakte na de publicatie van Van Manders boek. Dit werk uit 1607 wordt door hem dus ook niet besproken. We zien Christus zitten (op een koude steen?). Van de Arma Christi, de passie-instrumenten, schilderde Goltzius de doornenkroon, de spotmantel, de rietstok en de geselroede. De 'Smarten' zijn niet te missen, want dikke tranen biggelen uit Christus' ogen. In de christelijke iconografie zijn er rond de kruisweg op elkaar lijkende en verwante themata ontstaan. Het is mij op voorhand niet duidelijk of Goltzius hier een Ecce Homo, een Christus op de Koude Steen, of een na de dood verschijnende Man van Smarten bedoelde uit te beelden. Het Centraal Museum Utrecht geeft het schilderij op de website de titel De rust van Christus. Navraag over deze titel bij Liesbeth Helmus, conservator oude kunst aldaar, leerde mij dat Goltzius zelf het schilderij niet deze titel heeft gegeven en dat het ooit Ecce Homo werd genoemd. Zijzelf heeft indertijd de titel De Rust van Christus geïntroduceerd omdat deze haar het meest passend leek. |
Hendrick Goltzius (1558-1617)
De Rust van Christus (1607) Olieverf op doek, 120 x 86 cm Utrecht - Centraal Museum (depot) |
2016 Paul Verheijen / Nijmegen |