Plaatsaanduiding
De plaats waar de traditie van zegt dat de gloeiende ketel heeft gestaan wordt pas in de 9e eeuw aangeduid met Porta Latina in het martyrologium van bisschop Ado Viennensis.
Deze bisschop zat er een paar eeuwen naast, want deze poort in Rome werd niet gebouwd in Johannes' tijd door Domitianus (keizer van 81-96), maar veel later door Aurelius (270-275).
Voor een legendarisch voorval maakt dat natuurlijk geen verschil.
In deze 'Aureliaanse Muur' bevonden zich zo'n twintig poorten, de Porta Latina was in het zuiden.
Door zijn redding uit de kokende olie is Johannes de enige apostel die niet de marteldood is gestorven.
Om deze legende te herdenken is in de 5e eeuw vlak bij de poort de kerk San Giovanni a Porta Latina gesticht, een pittoreske kerk, goed voor veel huwelijkssluitingen vandaag de dag.
Vlak achter de poort staat ook nog de kleine kapel San Giovanni in Oleo.
Deze is gebouwd in 1509, vanzelfsprekend op de exacte plaats waar Johannes in de olie was.
De huidige Porta Latina in Rome lijkt overigens niet meer op de huidige poort in Rome.
De christelijke keizer Honorius liet begin 5e eeuw verbeteringen aanbrengen om veiligeheidsredenen, die een eeuw later nog verder werden verbeterd.
Bovendien liet hij op de voorzijde een kruis en cirkel en op de achterzijde het christusmonogram tussen de Griekse letters alpha en omega aanbrengen.
Tenslotte is in de 12e eeuw de linkertoren herbouwd.
|