Wereldse dierentuinEvangelisten Johannes en Marcus De twee aan elkaar grenzende ceremoniële ruimtes in het voormalige pauselijk paleis worden respectievelijk genoemd
Zoveel grandeur had Rafaël, dat er in heel Italië, in Pozzuolo, ja, zelfs in Griekenland tekenaars waren die voor hem werkten; hij rustte niet voor hij alles had waar zijn kunst baat bij kon hebben. Hij zette zijn werkzaamheden voort en decoreerde een zaal met daarin enige tabernakels met terretta* van apostelen en andere heiligen, en hier liet hij zijn leerling Giovanni da Udine, die als dierschilder zijns gelijke niet heeft, alle dieren van paus Leo afbeelden: de kameleon, de civetkatten, apen, papegaaien, leeuwen, olifanten en andere, nog vreemdere dieren. Rafaël bracht grotesken en verschillende vloeren aan in het paleis, dat hierdoor zeer werd verfraaid, en bovendien maakte hij de onderwerpen voor de pauselijke trappen en de loggia's.Vasari beschreef de fresco's, die in de zestiende eeuw al volledig verwoest waren. De muren in de voorkamer van de Zwitserse Garde lijken bekleed te zijn geweest met polychrome marmeren platen en daarboven blijkbaar een fries met putti, leeuwen, pauselijke wapens en grotesken. Alleen het houten plafond - misschien ontworpen door Rafaël - bleef gespaard. De leeuwen in de fries zijn passend symbolisch voor de naam Leo en versterken zijn imago en de Zwitserse Garde kon zich bovendien ook sterken in al die dappere en machtige afgebeelde dieren. De Sala dei chiaroscuri huisvestte voorheen de cubicolarii, degenen die belast waren met het toezicht op het cubiculum, de slaapkamer, van de paus, en de palafrenieri, die verantwoordelijk waren voor het dragen van de draagstoel van de paus op hun schouders. Bovendien werd de kamer in de zestiende eeuw gebruikt voor geheime consistories, de plechtige ontmoetingen van de paus met de kardinalen. Het was voorheen ook bekend als de Camera del pappagallo, de Papegaai-kamer, waarschijnlijk omdat het traditioneel werd gebruikt om deze aantrekkelijke vogel te huisvesten. Twaalf aedicules zijn opgenomen in de muurconstructie met fictieve architectuur vol keizerlijke en adellijke associaties en staande beelden van de vier evangelisten en andere heiligen. Van links naar rechts op de afbeelding van een deel van het interieur zien we Johannes, Marcus, Lucas en Matteüs (in halffresco) en daarnaast Laurentius. Erboven zijn Latijnse teksten geschilderd uit bijvoorbeeld de bijbel, een hymne of een heraldisch motto. Boven Johannes lezen we CASTITATIS PRIVILEGIO MAGIS DILECTUS, meer geliefd door het voorrecht van kuisheid, woorden uit een hymne op zijn liturgische feestdag 27 december. En boven Marcus staat SERVIRE DEO REGNARE EST, God dienen is regeren. Later zijn delen van deze fresco's beschadigd en gerestaureerd, dan wel overgeschilderd. Hier werden dieren toegewezen aan een standbeeld dat model stond voor vereerde geloofshelden, zodat het voor de leeuw-paus Leo gerechtvaardigd was een hele dierentuin boven de nissen te hebben. Onder de Medici had het christendom zich in het tijdperk van de geografische ontdekkingen over de hele wereld verspreid. Deze naturalistisch afgebeelde exotische dierenwereld werd toegevoegd aan het pausdom en streed als in een kunstwedstrijd met de dieren die als fictieve sculpturen in de nissen aanwezig waren. |
OntwerptekeningenTwee tekeningen zijn toegeschreven aan Rafaël als voorontwerp voor de staande evangelisten Johannes en Lucas op de zuidmuur.Johannes, beschermheilige van Giovanni de'Medici (= Leo X), streelt teder de kop van de adelaar, het symbolische dier van de evangelist. Ook Lucas is afgebeeld met zijn attribuutdier rund. Rafaël (1483-1520) (toegeschreven) Ontwerp voor de evangelist Johannes <1503-18) (linkerafbeelding) Bruine inkt op papier, 24 x 15 cm Parijs - Louvre, Département des Arts graphiques, inv. RF 28954 Ontwerp voor de evangelist Lucas (1503-18) (rechterafbeelding) Bruine inkt op papier, 26 x 19 cm Londen - British Museum, Department of Prints and Drawings, inv. 1959.0711.1 |
2016 Paul Verheijen / Nijmegen |