Paul Verheijen

JUDIT

Bijbels?
Nebukadnessar en Abra
Samenvatting boek Judit
Oorlogsmonument Breda

Bijbels?

De onthoofding uit het zestien hoofdstukken tellende verhaal van Judit en Holofernes is in de kunst vaak uitgebeeld (Judit 13:6-10). Hoe gewelddadiger hoe lekkerder, lijkt soms wel het devies. Judit, 'jodin', de vrouw die haar stad en volk wist te redden, is de heldin van tal van joodse sagen en van een boek dat haar naam draagt. Het boek Judit valt onder de noemer deuterocanonieke boeken. Dit boek is vermoedelijk rond 100 VGJ geschreven vanuit een houding van verzet tegen hellenistische religieuze en culturele invloeden op Israël en als teken van politieke weerstand tegen vreemde overheersing. Ik ga ervan uit dat Judit een volstrekt verzonnen figuur is, bedoeld als toonbeeld van moed en vaderlandsliefde. Daarom kunnen we de grove historische en geografische blunders in het verhaal ook voor lief nemen.

Nebukadnessar en Abra

Over Nebukadnessar, de nieuw-Babylonische koning uit de 5e eeuw VGJ wordt bijvoorbeeld geschreven dat hij in de grote stad Ninive regeerde over de Assyriërs (Judit 1:1 en 4:1). Daarmee is de toon gezet, want historisch gezien heerste Nebukadnessar over Babylonië, niet over Assyrië en hij was al een paar decennia dood en Ninive verwoest toen het volk uit de Babylonische ballingschap terugkeerde, de tempel herbouwde en opnieuw inwijdde (Judit 4:3).

Het christendom lijfde Judit in: de kerkvaders zagen in haar gedrag de overwinning van kuisheid op lust en er werd zelfs een feestdag voor haar gereserveerd op 24 maart. Sommige bijbeluitleggers interpreteren de onthoofding van Holofernes binnen het concept van de strijd tussen de beide geslachten. Feitelijk zou het hier gaan om een ontmanning.

In de Griekse Septuagint wordt Judit bij haar actie vergezeld door haar habra, dat 'kamenier' betekent. In latere tradities werd dit Semitische leenwoord begrepen als eigennaam en noemde men de anonieme kamenierster dus Abra. Zo bijvoorbeeld ook in het oratorium Juditha triumphans devicta Holofernis barbarie uit 1716 van Antonio Vivaldi.

Samenvatting boek Judit

Hoofdstuk 1 - 7
Koning Nebukadnessar is bezig met grote veroveringen als hij stuit op de tegenstand van de inwoners van Betulia (niemand weet zeker waar deze plaats lag of ligt).
Onder leiding van zijn legeraanvoerder Holofernes laat hij de stad belegeren.
Besloten wordt de bewoners te laten verdorsten door de watervoorziening af te snijden.
De burgemeester vraagt zijn stadgenoten na een maand zonder water te hebben gezeten nog vijf dagen vol te houden.
Misschien zal God hen helpen en gebeurt dit niet, dan geven ze zich maar over.

Hoofdstuk 8
Dan treedt Judit op, een mooie (invloed)rijke vrouw die ruim drie jaar weduwe is, nadat haar man Manasse aan een zonnesteek is overleden.
Ze vindt het ongehoord dat de burgemeester op die manier God op de proef durft te stellen.
De burgemeester stelt nu voor tot God te bidden dat hij de drinkwaterbakken vol laat regenen.
Maar Judit zegt dat God door haar hand Israël zal redden.

Hoofdstuk 9 - 10
Na een lang gebed tot God legt ze haar weduwedracht af en geeft haar kamenierster een leren zak met wijn en een kruik olie en een tas gevuld met proviand.
Getweeën verlaten zij de stadspoort.
Tegen Assyrische soldaten vertelt ze dat ze op weg is naar Holofernes om hem in te lichten hoe hij het makkelijkste Betulia kan innemen.
Met een escort van honderd soldaten bereikt ze veilig de tent van Holofernes die net als zijn soldaten overdonderd wordt door Judits schoonheid.

Hoofdstuk 11
Judit paait Holofernes door hem te vertellen dat hij een zetel in Jeruzalem zal verwerven.
Holofernes biedt haar een maaltijd aan die zij weigert.
Drie dagen lang eet ze alleen van het zelf meegebrachte proviand en 's nachts bidt ze tot God.
De vierde dag richt Holofernes een maaltijd aan waarbij hij tracht Judit over te halen eraan deel te nemen.
Zij gaat hierop in en eet en drinkt met hem.

Hoofdstuk 12
Holofernes drinkt meer wijn dan hij ooit in zijn leven gedronken heeft.
Als iedereen uitgeput naar zijn eigen tent terug is gegaan, blijft Judit alleen achter met Holofernes die volkomen laveloos op zijn bed ligt uitgestrekt.
Ze pakt het zwaard van Holofernes, grijpt hem bij zijn hoofdhaar en slaat met twee slagen zijn hoofd af.
Ze rolt het lichaam van het bed, trekt het gordijn van de bedstijlen.
Hoofd en gordijn geeft ze vervolgens aan haar kamenierster die het in haar proviandtas stopt.
Weer binnen de stadspoort van Betulia gekomen toont ze haar stadgenoten het hoofd en het gordijn.

Hoofdstuk 13 - 15
God en Judit worden met dank overladen.
Op Judits advies wordt het hoofd op de borstwering van de stadsmuur geplaatst.
In de tent van Holofernes ontdekken soldaten het onthoofde lichaam van Holofernes en raken in paniek, zodat ze gemakkelijk op de vlucht kunnen worden gejaagd.
Judit wordt vereerd als nationale heldin.
De legerplaats van Holofernes wordt dertig dagen lang geplunderd waarvan Judit het Holofernes-deel ten geschenke krijgt.

Hoofdstuk 16
Na een lange lofzang offert Judit in Jeruzalem Holofernes' bezittingen, inclusief het bedgordijn, als wijgeschenk aan God.
Bij haar leven wordt zij al beroemd en tot aan haar overlijden op 105-jarige leeftijd blijft zij ongehuwd ondanks vele aanzoeken.

Oorlogsmonument Breda

Judit kun je beschouwen als een verzetsvrouw avant la lettre. Op de Grote Markt in Breda staat ze met het hoofd van Holofernes als bevrijdingsmonument. Het beeldhouwwerk is gemaakt door Niel Steenbergen (1911-1997). Aan de bovenkant van de zuil waarop zij staat zijn vier dierkoppen afgebeeld die de menselijke hoofddeugden voorstellen. Op de voet van de zuil staan vier reliëfs met teksten van Karel Meeuwese (1914-1991):
  • Iemand wordt aangehouden door twee agressors
    Leven van vrijheid beroofd is leven in verzet
  • Gewapende mannen verbeelden de bezetter
    Hun wil was wet: hun wet was dood
  • Vrouwen die verlaten zijn door hun ten strijde trekkende mannen
    Vertroosting welde uit bronnen van vertrouwen
  • Spelende kinderen
    Leven in vrijheid is spelen voor God
Het monument speelt ook een rol in de roman Naar zachtheid en een warm omhelzen (2023) van Adriaan van Dis.
Het was Ommies vrije middag en ze besloot hem een monument in de stad te laten zien; een frisse wandeling zou haar hoofdpijn verjagen. Ze liepen naar het grote plein tot aan een zuil waar het beeld van een vrouw op stond, met in haar ene hand een mensenhoofd en in de andere een zwaard. Die vrouw heette Judith en het hoofd was van Holofernes, een slechterik die haar stad had bezet. Judith verleidde hem, voerde hem dronken en…
Adriaan wiebelde op zijn tenen om het afgehakte hoofd beter te kunnen zien.
Ja, het was eng, vooral in de regen, dan drupte het hoofd.
Ze liepen eromheen, stonden stil bij de woorden: LEVEN IN VERZET. Iedere stad had een oorlogsmonument, maar op dit plein eerde men een vrouw. ‘Knoop dat in je oren.’ Ommie pakte hem bij zijn nekvel en dwong hem tot een kleine buiging. Voorbijgangers keken hen aan, bleven staan. Hij schaamde zich en trok haar mee naar een stille hoek. Bij het verlaten van het plein keek hij nog één keer om. Hij was toch een beetje bang voor die vrouw, en ook voor Ommie.
2016 Paul Verheijen / Nijmegen