Paul Verheijen

FRA ANGELICO

Laatste Oordeel

Koorbankversiering?

Dit schilderij kwam uit de kerk van Santa Maria degli Angeli in Florence naast het oude klooster van de camaldulenzers.
Het werd lange tijd beschouwd als onderdeel van de rugleuning van een koorstoel, gedateerd rond 1431.
Die hypothese is echter herzien.
Het werk dateert verder terug, halverwege het derde decennium van de 15e eeuw.

Het werk is mogelijk beïnvloed door de denkbeelden van de humanistische camaldulenzermonnik Ambrogio Traversari (1386-1439), een expert in patristiek.
Hij heeft misschien Fra Angelico geïnspireerd om figuren uit het Eerste Testament naast Christus af te beelden.
De ingenieuze piramidevormige compositie van het schilderij combineert op gedurfde wijze het middeleeuwse schema van de weergave van het oordeel door het boven elkaar plaatsen in registers.
Het idee van de reeks graven in het midden, in perspectief aangegeven, geeft duidelijk blijk dat Fra Angelico de nieuwe renaissancetaal naleeft.

De hel

Voor de middeleeuwse christen was de hel het koninkrijk van Satan, de plaats waar de lichamen van de verdoemden werden gefolterd in eeuwig vuur, nadat zij bij de opstanding der doden waren verenigd met hun zielen. Het beeld van de hel als een zee van vuur en zwavel, de vuurzee als tweede dood waarin allen werden geworpen die niet in het levensboek stonden opgetekend, is ontleend aan de Apocalyps.
Ongeveer vanaf het jaar duizend werd de hel afgebeeld als de muil van Leviatan, een mythologisch monster dat in het Eerste Testament uitsluitend in poëtische teksten voorkomt als verpersoonlijking van zo ongeveer alle onheilskrachten. Het is een monsterachtig beest, met scherpe tanden bezet en rook en vuur spuwend, met daarin soms een grote kookpot, bijvoorbeeld gebaseerd op de beschrijving in Job 41.

Fra Angelico heeft de hel verdeeld in acht 'ruimtes'. In de reusachtige kookketel onderaan de voorstelling worden de verdoemden, waaronder een gekroond iemand, door duivels ondergedompeld in de kokende vloeistof. Als ze 'gaar' zijn worden ze door Leviatan verslonden. Bovenaan zien we hoe verdoemden in een opengesperde krokodilachtige muil gelegd worden.
De zes overige compartimenten daartussen corresponderen vermoedelijk met de straffen voor de zeven hoofdzonden.
De figuren in het midden links bijvoorbeeld die zichzelf en anderen tot bloedens toe bijten worden waarschijnlijk gestraft voor toorn.
Verdoemden met de handen op de rug gebonden aan een gedekte tafel midden rechts worden zo gestraft voor gulzigheid. Om te voorkomen dat zij toch bij het voedsel zouden komen worden ze door duivels achter hen aan hun haren achteruit getrokken.
De goudstukken van de vrek - herkenbaar aan de geldbuidel om zijn nek - worden in de ruimte linksonder omgesmolten en als vloeibaar goud door zijn keel gegoten, de straf voor hebzucht.
In de overige drie ruimtes zitten de mensen vertwijfeld bij elkaar, vol berouw over de begane zonden, maar het is te laat. De figuurtjes in de ruimte rechtsonder zitten al in een kookketel.
Fra Angelico (±1395-1455)
Iudizio Universale (±1425)
Paneel, 105 x 210 cm
Florence - Museo San Marco
2016 Paul Verheijen / Nijmegen