Paul Verheijen

RAFAËL

Jesaja

Gejat of geïnspireerd?

De concurrentie tussen Michelangelo en Rafaël werd op scherp gezet toen Rafaël probeerde Michelangelo een hak te zetten. Paus Julius II zocht een kunstenaar om het plafond van de Sixtijnse kapel te beschilderen en Rafaël adviseerde hem om Michelangelo aan te nemen. Michelangelo was meer beeldhouwer dan kunstschilder en moest hiervoor het project van het grafmonument bestemd voor deze nog levende paus onderbreken. Bovendien was het lichamelijk erg zwaar werk om jarenlang boven je hoofd aan een plafond te werken. Rafaël hoopte dat Michelangelo als schilder door de mand zou vallen en dat hijzelf definitief als de betere kunstenaar werd gezien. En Michelangelo toog aan het werk met een wereldberoemd resultaat als gevolg, de opzet van Rafaël dus mislukt.

Zolang Michelangelo aan het plafond werkte, probeerde hij niemand toe te laten in de Sixtijnse kapel. Dankzij architect Bramante wist Rafaël echter een keer in de Sixtijnse kapel te komen om het werk van Michelangelo te bekijken (zie het citaat van Vasari hieronder). Rafaël probeerde Michelangelo dwars te zitten door ook de profeet Jesaja in fresco te schilderen op de derde pilaar links in de Sant'Agostino. De kijker is met Vasari vrij te beoordelen of het hier gaat om een kopie van of om een fresco geïnspireerd op dat van Michelangelo.

Tablet en banderol

Opdrachtgever voor dit fresco was een prominent lid van de curie onder Leo X, Corycius, de Latijnse naam voor Johann van Goritz uit Luxemburg.
De jong ogende profeet Jesaja wordt geflankeerd door twee putti die een tablet vasthouden met een opdracht in het Grieks:
ANNÊ PARTHENOTOKOO
PARTHENIKÊ THEOTOKÊ
K LUTROOTÊ CHRISTOO
IOO KOR

'Voor Anna moeder van de Maagd / voor een maagd moeder van God / en voor de verlosser Christus / Johann van Goritz
Bij Michelangelo houdt Jesaja een boek onder de arm, maar Rafaël koos voor een banderol met een Hebreeuwse tekst uit dat boek.
PITOE SJEARIM
WEJABO GOJ
TSADIQ SOMER
EMOENIM JETSER
SAMOEH TITSOR

Open de poorten / opdat het rechtvaardige volk kan binnentreden / het volk van uw getrouwen / de standvastige is veilig bij U.
(Jesaja 26:2-3a)

Fresco en beeldhouwwerk

Vasari in Vite
Inmiddels had Rafaël in Rome grote faam verworven; maar hoewel hij werkte in de aangename stijl die iedereen prachtig vond, en hij in die stad vele oudheden had gezien, terwijl hij ook steeds bleef studeren, ontbrak het zijn figuren toch nog aan de grandeur en majesteit die hij ze van nu af aan begon te verlenen. In deze tijd gebeurde het namelijk dat Michelangelo in de kapel zo schrikbarend tegen de paus tekeerging (waarover we het in zijn Leven nog zullen hebben), waarop hij de wijk moest nemen naar Florence; hierdoor kon Bramante, die er de sleutel van had, de kapel aan zijn vriend Rafaël laten zien, opdat deze Michelangelo's techniek kon bestuderen. Dit was er de oorzaak van dat Rafaël onmiddellijk zijn reeds voltooide profeet Jesaja overmaakte, die men kan zien in de Sant'Agostino in Rome, boven Andrea Sansovino's Sint-Anna; gebruik makend van wat hij in de schilderingen van Michelangelo had gezien, zorgde hij er in dit werk voor dat zijn stijl enorm veel beter, grandiozer en majesteitelijker werd dan voorheen; en toen Michelangelo later dit werk van Rafaël onder ogen kreeg, meende hij (en terecht) dat Bramante hem deze streek had geleverd opdat Rafaël er zijn voordeel mee zou doen en zijn reputatie versterken.
De Sint-Anna die Vasari noemt is een beeld van Anna-te-Drieën dat is verbonden met het fresco van Jesaja vanwege de opdracht op het tablet. Afbeeldingen van Eerste en Tweede Testament worden op deze manier thematisch samengebracht. Een van die themata is de dubbele natuur, de goddelijke en menselijke, van Christus. De goddelijke die op het fresco wordt geprofeteerd door Jesaja overstijgt de menselijke natuur die wordt gerepresenteerd in het beeld eronder.
Afbeelding: Andrea Sansovino (Contucci) (1460-1529) - Anna Metterza (1510-12) (Rome - Sant'Agostino)
Raffaello Sanzio (1483-1520)
Jesaja (1512)
Fresco, 250 x 155 cm
Rome - Sant'Agostino
2016 Paul Verheijen / Nijmegen