Paul Verheijen

GIORGIONE

±1477-1510

Een buiten-bijbels verhaal 'verklaart' waarom Mozes bij de brandende braambos tegen God zegt dat hij geen goed spreker is.
De Venetiaanse schilder Giorgione uit de hoogrenaissance schilderde het moment dat de kleine Mozes, in de handen van farao's dochter Batja, naar de schaal met kolen grijpt.
De schaal met edelstenen die een andere bediende van de farao hem voorhoudt, negeert hij.
De onzichtbare engel uit het verhaal die Mozes' handjes naar de kolen stuurt, heeft Giorgione dus ook niet geschilderd.

De farao zetelt op een stenen troon en draagt in plaats van een kroon een tulband, in de renaissance vaker symbool voor 'oosterse vorst'.
De wijzen en ministers die de proef hadden voorgesteld aan de farao, kijken nauwlettend toe.

Tweederde van het schilderij wordt in beslag genomen door het landschap met daarin een burcht, die mogelijk werd beschouwd als de woning van de farao.
Schuin achter de gehelmde soldaat in het gezelschap toeschouwers, ontwaren we een tweede soldaat met schild.
Zijn deze er neergezet om de vijandige gezindheid van de farao ten opzichte van het joodse volk te symboliseren?

Het reliëf op de zetel van de farao (naakte mensen rond een zittende figuur) is moeilijk te duiden.
Wordt hier impliciet verwezen naar de slavernij van het joodse volk?
Giorgione da Castelfranco (ca 1477-1510) en assistenten
La Prova di Mosè (tussen 1502-1505)
Olieverf op doek, 89 x 72 cm
Florenze - Uffizi
2016 Paul Verheijen / Nijmegen