Paul Verheijen

LAATSTE OORDEEL

Vergelding

Vrijwel alle religies van het oude Oosten kennen het concept van een godheid die als een rechter de mensen oordeelt en naar hun gedragingen vergeldt zowel in bijzondere gevallen als in het algemeen op het einde der tijden.
Dit Laatste Oordeel, ook wel De Dag des Oordeels of De Jongste Dag genoemd, is de dag waarop dit eindoordeel zal geschieden.
Het vormt de kern van de eschatologie, de leer over de eindtijd.
De dag des oordeels vindt volgens de Openbaring van Johannes plaats tijdens het Duizendjarig vrederijk en wordt daar het Oordeel voor de Grote Witte Troon (van God) genoemd (Apokalyps 20, 11).
Dan zullen alle doden uit hun graven herrijzen om samen met de dan levenden het loon voor hun levenswandel te ontvangen.
Naast de duivel en zijn gevallen engelen, worden de mensen die God hebben afgewezen, verbannen naar de buitenste duisternis, waar het geween is en het tandengeknars, en zij voor altijd zijn afgesneden van Gods tegenwoordigheid.
De rechtvaardige gelovigen zal daarentegen een eeuwig leven en deel vallen onder een nieuwe hemel, op een nieuwe aarde en God zal in hun midden wonen.

De evangelist Matteüs verwoordt het zo:
Dan zal hij zijn engelen uitzenden, en onder luid bazuingeschal zullen zij zijn uitverkorenen uit de vier windstreken bijeenbrengen, van het ene uiteinde van de hemelkoepel tot het andere.
(Matteüs 24,31)
In een brief van Petrus lezen we:
De Heer blijkt dus de vromen uit de beproeving te kunnen redden en onrechtvaarigen gevangen te kunnen houden tot de dag van het oordeel, om hen dan te straffen.
[...]
Maar de tegenwoordige hemel en aarde worden door datzelfde woord bewaard om op de dag van het oordeel, waarop de goddelozen ten onder zullen gaan, te worden prijsgegeven aan het vuur.
(1 Petrus 2,9 en 3,7)
En tot slot citeren we Paulus:
Ik zal u een geheim onthullen: wij zullen niet allemaal eerst sterven - toch zullen wij allemaal veranderd worden, in een ondeelbaar ogenblik, in een oogwenk, wanneer de bazuin het einde inluidt. Wanneer de bazuin weerklinkt, zullen de doden worden opgewekt met een onvergankelijk lichaam en zullen ook wij veranderen.
(1 Korintiërs 15,51-52)
Wanneer het signaal gegeven wordt, de aartsengel zijn stem verheft en de bazuin van God weerklinkt, zal de Heer zelf uit de hemel neerdalen. Dan zullen eerst de doden die Christus toebehoren opstaan, en daarna zullen wij, die nog in leven zijn, samen met hen op de wolken worden weggevoerd en gaan we in de lucht de Heer tegemoet. Dan zullen we altijd bij hem zijn.
(1 Tessalonicenzen 4,16-17)
In de kunst duikt het laatste oordeel als thema met grote regelmaat op.
Christus wordt traditioneel middenboven afgebeeld als Man van Smarten, waarbij zijn kruisigingswonden en de lanswond in zijn rechterzijde meestal duidelijk zichtbaar zijn.
Bazuinen ontbreken daarbij ook bijna nooit.

Bazuin

In de Openbaring van Johannes, speelt een muziekinstrument een opvallende rol.
Het is een (rechte) krijgstrompet, die de oude Grieken een salpinx noemden.
In het jodendom vervulde de sjofar, een gekromde rams- of bokshoorn, deze rol.
In zijn visioenen op Patmos zag Johannes zeven engelen die voor Gods troon staan en alle zeven een salpinx (vrijwel altijd in het Nederlands vertaald met 'bazuin') kregen, daar een voor een op blazen.
De eerste zes veroorzaken allerlei rampen die vanuit de hemel op aarde neerdalen: met bloed gemengde hagel en vuur; vlammende berg in zee; grote brandende ster; zon, maan en sterren voor een derde deel verduisterd; vallende ster opent put waaruit rook opstijgt; engelen doden een derde deel van de mensen.
(Openbaring van Johannes 8,6 - 9,21)
Over de zevende bazuin schrijft Johannes dan vervolgens:
Toen blies de zevende engel op zijn bazuin. In de hemel klonken luide stemmen, die zeiden: 'Nu begint de heerschappij van onze Heer over de wereld, en die van zijn messias. Hij zal heersen tot in eeuwigheid.' De vierentwintig oudsten op hun tronen bij God wierpen zich neer en aanbaden God met de woorden: 'Wij danken u, Heer, onze God, Almachtige, die is en die was, want in uw grote macht neemt u nu het koningschap op u. De volken raasden in woede, maar nu laat u uw woede razen. De tijd is gekomen om een oordeel te vellen over de doden; en om uw dienaren, de profeten, te belonen, evenals de heiligen en degenen die, jong en oud, ontzag hebben voor uw naam; en ook om hen die de aarde vernietigen nu zelf te vernietigen.
(Openbaring van Johannes 11,15-18)
2016 Paul Verheijen / Nijmegen