Medaillons![]() Het plafond van de kapel poogt de sterrenhemel na te bootsen. Hierop bevinden zich twee medaillons met een gouden achtergrond waarin de Madonna met Kind en Christus Pantokrator zijn afgebeeld met rondom bij beiden vier profeten. In hun linkerhand houden de vier profeten rondom Maria een boekrol - die uit het medaillon rolt - met een tekst uit de Latijnse Vulgaatvertaling. Deze tekst identificeert de vier als de profeten Maleachi, Baruch, Jesaja en Daniël. Omdat drie van de vier profeten rond Christus echter geen boekrol hebben, is identificatie hier problematischer. Mogelijk betreft het Ezechiël, Jeremia, Micha en Johannes de Doper. Op de decoratieve band in het midden zijn aartsvaders, rechters en koningen afgebeeld volgens de geslachtslijsten van het Eerste en Tweede Testament. |
Maleachi![]() Opeens zal hij naar zijn tempel komen, de Heer naar wie jullie uitzien, de engel van het verbond naar wie jullie verlangen (Maleachi 3,1) |
Baruch![]() Hij is onze God! Niemand kan zich met hem meten (Baruch 3,36) |
Jesaja![]() De jonge vrouw is zwanger, zij zal spoedig een zoon baren en hem Immanuel noemen (Jesaja 7,14) |
Daniël![]() Want hij is de levende God die bestaat in eeuwigheid. Zijn koningschap gaat nooit te gronde en zijn heerschappij is zonder einde (Daniël 6,26) |
Ezechiël![]() Vermoedelijk is dit Ezechiël. De tekst die hij vasthoudt is onleesbaar hetgeen mogelijk verband houdt met de aan beide kanten beschreven boekrol die hij van God kreeg overhandigd en en die hij vervolgens moest opeten (Ezechiël 2,9 - 3,3). |
Jeremia?![]() Dit kan dus ook Micha voorstellen en hieronder betreft het dan Jeremia. |
Micha?![]() 'In Betlehem in Judea,' zeiden ze tegen hem, 'want zo staat het geschreven bij de profeet: "En jij, Betlehem in het land van Juda, bent zeker niet de minste onder de leiders van Juda, want uit jou komt een leider voort die mijn volk Israël zal hoeden."' (Op de vraag van Herodes aan de wijzen uit het Oosten in Matteüs 2,5-6; citaat van Micha 5,1-3). Naar dezelfde tekst bij Micha verwijst Johannes: Toen de mensen in de menigte dit hoorden zeiden ze: 'Dit moet wel de profeet zijn.' Anderen beweerden: 'Het is de messias,'maar er werd ook gezegd: 'De messias komt toch niet uit Galilea? De Schrift zegt toch dat de messias uit het nageslacht van David komt en uit Betlehem, waar David woonde?' (Na een uitspraak van Jezus in Johannes 7,41-42). |
Johannes de Doper![]() |
2016 Paul Verheijen / Nijmegen |