Paul Verheijen

WILLIBRORDUS

Bronheilige

Heilige put

De naam van bronheiligen is verbonden met een heilige bron of put.
Heilige bronnen waren een belangrijke bestemming voor pelgrims, omdat aan water dat door een heilige was gezegend grote geneeskrachtige werking werd toegekend.
Tot de Nederlandse bronheiligen behoren Servatius van Maastricht en de heilige van deze pagina.
Andere heiligen die op een of andere wijze met een bron worden verbonden zijn Paulus, Bonifatius en Livinus.
In Heiloo bevinden zich maar liefst drie heilige putten: naast de Adalbertusput en de Roriks- Runxput wordt een derde put in verband gebracht met Willibrordus.
Deze heilige, over wie weinig betrouwbare historische gegevens bekend zijn, wordt met nog vele andere heilige bronnen in verband gebracht.
Rond 720 zou volgens de legende Willibrordus samen met zijn elf gezellen in de nederzetting van Heiloo aangekomen zijn.
Hij wilde hier zijn dorst lessen en groef een kuil of greppel die vol stroomde met water nadat Willibrordus gebeden had tot God.
Een ander verhaal spreekt over zijn staf die hij op de grond sloeg waardoor er een bron ontsprong op die plek.
Hij zou vervolgens naast deze bron het eerste parochiekerkje gesticht hebben van het dorp.

Echternach

Vanuit de door hem gestichte kloosters te Utrecht, Susteren en Echternach wijdde Willibrordus zich reizend en trekkend met wisselend succes aan de kerstening van de Friezen. Hij staat daarom ook bekend als 'Apostel der Friezen', een titel die ook is weggelegd voor Bonifatius en Wolframus van Sens.
Zijn methode daarbij was de kant van de machtigste vorst in de Lage Landen te kiezen — in zijn geval die van de Frankische, christelijke hofmeiers Pepijn II en Karel Martel, die hem daarvoor met schenkingen beloonden — om zo het volk te winnen.
De naam Clemens, die hij bij zijn wijding kreeg aangemeten, heeft hij niet gebruikt.
Winfried, die wél beter bekend werd onder zijn kloosternaam, namelijk Bonifatius, was een jaar of twee zijn medewerker.
Willibrordus stierf in 739 in zijn favoriete abdij te Echternach en werd er begraven.
Veel hem geschonken goederen had hij vermaakt aan deze abdij, onder meer kerken aan de kust van Holland.
Toen hij 70 jaar was heeft hij in zijn kalender eigenhandig de belangrijkste data van zijn leven genoteerd.
Dat Willibrordus de grondlegger geweest zou zijn van het christendom in de Nederlanden is historisch onjuist en gaat hoogstens op voor een klein, noordwestelijk deel daarvan.
Anderen, zoals bijvoorbeeld Servatius, gingen hem elders voor.
Te Echternach wordt hij nog jaarlijks op derde Pinksterdag gevierd met de tripudium, een folkloristische springprocessie van anderhalve kilometer, waarbij duizenden pelgrims zich - drie stappen vooruit en twee achteruit - in ongeveer twee uur langzaam voortbewegen naar de Willibrordusbasiliek, onderwijl Psalm 67 zingend.
Over de achtergrond van dit gebruik bestaan verschillende theorieën.

De attributen van de meestal als bisschop afgebeelde Willibrordus zijn boek, bisschopsstaf, bron of kruik(en) of soms een veldfles (waarmee hij twaalf bedelaars laafde), groot wijnvat (een wonder vulde de wijnvoorraad), een kerkmodel en een kind; soms een maansikkel, herinnerend aan een droom - volgens de legende - van zijn moeder, die bij zijn conceptie meende een hemelse vuurbal in te slikken.
Willibrordus is patroon van de Nederlandse kerkprovincie en van vele kerken en heeft zijn kerkelijke feestdag op 7 november.
Als bronheilige werd hij tevens patroon van bierhandelaren en caféhouders en vanwege de springprocessie ook van dansers.

Bisschoppen van Utrecht

Pippijn II gaf Willibrordus de mogelijkheid om in Utrecht het Sint-Maartensklooster en de Sint-Salvatorkerk te bouwen. Willibrordus kan daarom beschouwd worden als de eerste bisschop van Utrecht. Tien van zijn opvolgers zijn ook heiligverklaard en samen hebben zij een feestdag op 8 november. Deze opvolgers hebben ook een eigen feestdag op de heiligencanon gekregen. Historisch is de lijst niet geheel betrouwbaar:
  • Fredericus I (18 juli)
  • Hunger (22 december)
  • Radboud (29 november)
  • Ansfridus (3 mei)
  • Bernulphus (19 juli)

Acht gebrandschilderde ramen van Hanssen

1 - Droom van Willibrordus' moeder

Zij had in haar slaap een merkwaardig droomgezicht. Zij meende aan de hemel een nieuwe maan te zien rijzen, die geleidelijk al maar voller werd. Op het moment dat het een compleet volle maan was, viel deze uit de hemel zomaar in haar mond. Inwendig werd zij er helemaal door verlicht, en een prachtig schijnsel scheen uit haar buik te komen. De volgende dag ging zij met haar droom onmiddellijk naar de vrome, oude priester van het kerkje bij haar in de buurt. Deze vroeg, of zij vannacht gemeenschap had gehad met haar man. Met enige schroom bevestigde zij dat. Daarop antwoordde de oude wijze priester: 'De maan die u hebt gezien in uw droom, stelt het kind voor dat u vannacht hebt ontvangen. Het zal het licht der waarheid laten stralen in de duisternis van het heidendom. De hele wereld zal profiteren van het licht dat hij zal komen brengen in naam van God onze Heer.' Nadat haar dagen vervuld waren, schonk zij inderdaad het leven aan een zoon, juist zoals de oude priester negen maanden tevoren had voorspeld.

Théodore-Gérard Hanssen (1885-1957)
Scènes uit het leven van Willibrordus (1953)
Gebrandschilderd glas
Echternach - Willibrordusbasiliek
2016 Paul Verheijen / Nijmegen