Paul Verheijen

PIERO DELLA FRANCESCA

Augustijner polyptiek

Reconstructie

Het augustijner veelluik is een werk van Piero della Francesca dat vermoedelijk al in de 16e eeuw in stukken werd gezaagd.
Acht van de tenminste tien panelen zijn bekend, mogelijk bevatte het werk ook een predella of nog meer panelen of vormden de panelen van het bovenregister in deze reconstructie de predella.
Van Piero della Francesca zijn drie veelluiken bekend.
De hier gereconstrueerde polyptiek was bedoeld voor de oude kerk van Sant'Agostino in Sansepolcro (tegenwoordig de kerk van Santa Chiara).
Het centrale paneel was een voorstelling van een tronende Madonna.
De panelen stellen voor (van links naar rechts en van beneden naar boven):

1 - Augustinus

Dit paneel is een van de rijkst gedecoreerde in de polyptiek, met Augustinus gekleed in een misgewaad en een bisschopsmijter versierd met figuren van heiligen en scènes uit het leven van Jezus:

Links: Annunciatie, Geboorte, Vlucht naar Egypte, Presentatie in de Tempel en Getsemane.

Rechts: Geseling, Kruisiging, Figuur gekleed in rood (Graflegging?) in de laatste nog net zichtbare flap.

De mijter is versierd met de Verlosser en enkele heiligen in halffiguur.

De mantel heeft twee paar heiligen in de ruiten bij de nek: Johannes de Evangelist, Julianus en Johannes de Doper worden herkend.

Op de sluitgesp staat een Verrezen Christus.

De picturale ruimte is opgebouwd in extreme eenvoud: op een aardekleurige basis (die in de andere panelen meer op gevlekt marmer lijkt) schildert Piero een marmeren balustrade, waarachter je een blauwe lucht ziet.
Het gebruik van een hemelse achtergrond, in plaats van de traditionele gouden achtergrond, is een teken van moderniteit, net als de balustrade met klassieke decoraties.

2 - Michaël

De aartsengel Michael wordt afgebeeld als een jonge Romeinse soldaat.
Onder zijn aureool heeft hij een donkere lauwerkrans.
Met één hand houdt hij het zwaard vast, waarmee hij zojuist het hoofd van een draak aan zijn voeten heeft onthoofd, dat hij in zijn andere hand houdt.
Rechtsonder is een deel te zien van Maria's troon van het verloren middenpaneel, met een damastdoek erop en een kleine blauwe flap aan de rechterrand, waarschijnlijk van het gewaad van de Maagd.

3 - Johannes de Evangelist

Johannes de Evangelist is gekleed in toga zoals in de oudheid, met een typische rode mantel en een groene tuniek waarop, in de onderste zoom, een decoratie van juwelen, parels en gouden watermerk opvalt, met een meesterlijke weergave van glanzende reflecties die afgeleid zijn van Piero's kennis van de Vlaamse kunst.

Zijn uiterlijk is dat van een oudere man met een baard en wit haar, zeer goed geschilderde handen en voeten en een krachtig chiaroscuro in de plooien, wat de heilige een bijna sculpturaal reliëf geeft.

De kenmerken van de heilige, met opvallend een gebroken neus, hebben een fysionomie die ook terug te vinden in enkele fresco's van de Legende van het ware kruis: als God de Vader in de Annunciatie, als koning Khusro en als toeschouwer bij de Dood van Adam.
Misschien stond een van zijn helpers hiervoor model.

In zijn hand heeft hij het attribuut van het boek, verwijzing naar zijn evangelie, dat is versierd met gouden toepassingen op de leren kaft.

Linksonder zie je nog een deel van Maria's troon van het verloren middenpaneel.

4 - Nicolaas van Tolentino

De figuur van Nicolaas van Tolentino is de meest sobere van de vier figuren van bekende heiligen, gekenmerkt door een lang augustijner zwart gewaad als kluizenaar, dat chromatisch contrasteert met de oogverblindende gewaden van de andere heiligen.
Hij wordt afgebeeld met een aureool in perspectief en als een volwassen man met tonsuur en enigszins dik.
De zorgvuldige fysionomie van het gezicht heeft geleid tot de gedachte dat de schilder een eigentijdse monnik wilde uitbeelden, misschien de prior van het klooster die wordt genoemd in het contract van de opdracht.
De enige decoratie is de realistische leren riem met gesp, een minuscuul detail dat wederom Piero's kennis van de Vlaamse schilderkunst verraadt.
In zijn hand houdt de heilige een boek.
Een ander attribuut dat identificatie mogelijk maakte, is de ster, waar zijn rechterhand naar wijst.
Volgens de legende zou deze bij zijn geboorte aan de hemel zijn verschenen.
Die legende gaat samengevat als volgt:

Bij het graf van Nicolaas van Myra in Bari bidt een bejaard kinderloos echtpaar om een zoon.
De bede wordt verhoord en omstreeks 1245 wordt een zoon geboren.
Niet verwonderlijk dat hij de naam Nicolaas krijgt.
Nicolaas van Myra verschijnt vervolgens in een droom en voorspelt dat deze zoon eens religieus zal zijn en God door grote wonderen zal vereren.
Op zijn achttiende treedt Nicolaas in bij de orde van de eremieten van Sint Augustinus.
Al reizend door Italië werkt hij als prediker en geestelijk leidsman, wordt voortdurend verzocht door de duivel en brengt vele genezingen tot stand.
Dat laatste levert hem grote roem op als wonderdoener.
Nicolaas was vegetariër en eens geveld door een ziekelijke koorts weigerde hij gebraden patrijzen te eten, waarna deze vogels wegvlogen.
In een visioen zag hij daarop Maria en Augustinus verschijnen.
Zij beloofden hem genezing als hij brood zou bedelen en in water geweekt zou opeten, de 'koortsbroden', en aldus doende genas hij.
Bij zijn gang naar het oratorium ging hem een lichtverschijning vooraf, die in latere afbeeldingen werd gereduceerd tot een ster (soms boven het altaar waar hij de mis las).
Op de preekstoel verscheen hij zelf als een lichtgevende engel waardoor elke dag gelovigen toestroomden om zijn mis bij te wonen.
De laatste dertig jaar van zijn leven vestigt hij zich in het klooster van Tolentino.
Deze stad is verwikkeld in het conflict tussen de welfen en de ghibellijnen.
Nicolaas brengt volgens de overlevering aldaar veel mensen tot bekering tot hij sterft in 1305 of 1306.

Pas in 1446 werd hij heiligverklaard en kreeg hij de eretitel thaumaturgus, wonderdoener.
De processtukken van deze heiligverklaring meldden dat er na zijn dood 301 wonderen op zijn voorspraak zijn geschied.
Deels zijn deze identiek aan die van zijn veel bekendere naamgenoot Sinterklaas.
Bij werkzaamheden in de naar hem genoemde basiliek van Tolentino vond men in 1926 zijn relieken terug.
Zijn kerkelijke feestdag is op 10 september.

5 - Monica

De identificatie met Monica, moeder van Augustinus, wordt niet door alle critici geaccepteerd, vanwege het ontbreken van voldoende documentatie en iconografische elementen.

6 - Kruisiging

De Kruisiging zou zich in het centrum bevinden, bij de verloren gegane Madonna met Kind.
Piero heeft de scène georganiseerd in twee hemisferen.
De bovenste, met een gouden achtergrond, is de hemelse wereld waar alleen het kruis zich bevindt.
De onderste is aards en bestaat uit vier groepen figuren.
Onderaan zitten drie soldaten die dobbelen om het gewaad van Christus, links de groep smartelijke vrome vrouwen waar Johannes rechts tegenover staat.
Aan beide kanten zien we twee bijna symmetrische groepen Romeinse soldaten te paard, die sterk doen denken aan die van de fresco's van de Legende van het ware kruis.
De scène wordt gekenmerkt door een opmerkelijke levendigheid en kleurenpracht waarin de rode bannieren, schilden en sommige gewaden opvallen.

7 - Apollonia

Apollonia is te herkennen aan de tang met de tand.
Haar jurk heeft felle kleuren, in tegenstelling tot de twee donkere augustijnse pijen van de andere heiligen in de serie.
Hoewel de gecomponeerde en plechtige stijl van haar houding wijzen op een ontwerp van meester Piero zelf, doen de enigszins schematische en ruwe nuances vermoeden dat dit paneel is geschilderd door een of meer medewerkers van zijn atelier.

8 - Leonardus van Noblat (?)

Alleen een zwarte pij met riem en capuchon en het rode boek in zijn handen zijn niet genoeg om een identificatie te bevestigen (vergelijk 5).
De curatoren van de The Frick Collection suggereren dat het mogelijk Leonardus van Noblat betreft.
Piero della Francesca (1412-1492)
Il Polittico di Sant'Agostino (1454-69)
Olieverf en tempera op panelen
(1) 133 x 60 cm
Lissabon - Museu Nacional de Arte Antiga
(2) 133 x 60 cm
Londen - National Gallery
(3) 132 x 58 cm
New York - The Frick Collection
(4) 136 x 59 cm
Milaan - Museo Poldi Pezzoli
(5) 39 x 28 cm
New York - The Frick Collection
(6) 38 x 41 cm
New York - The Frick Collection
(7) 39 x 28 cm
Washington - National Gallery of Art
(8) 39 x 28 cm
New York - The Frick Collection
2016 Paul Verheijen / Nijmegen